(Português)
"Wanneer men theater maakt zijn de gewaarwordingen van de toeschouwer het belangrijkst."
Ik hoorde het Dirk Opstaele, naar aanleiding van de première van 'Minnevozen' door Leporello, onlangs zeggen op de radio en meteen floepten mijn gedachten naar Kinshasa.
Guido Kleene is daar met zijn Basal’ya bazoba volle 100% op gefocust. Na elke voorstelling gaat hij zijn publiek bevragen, zei hij mij. Het stuk gaat over kindheksen, iets dat in Congo niet zomaar bespreekbaar is.
Alhoewel. Met een paar google-klikken kon ik video's (bv. een van 2002) bekijken waarin het fenomeen besproken wordt.
?
Ja, in documentaires wel, maar op straat, in de sloppenwijken, ligt het volgens Guido anders.
Je kan het een beetje vergelijken met incest bij ons; wanneer een familielid betrokken is wordt praten over incest zéér moeilijk. In Kinshasa is iedereen op een of andere manier betrokken bij het kindheksenprobleem.
In die stad leven nl. 25.000 straatkinderen waarvan de meeste van hekserij beschuldigd zijn, had ik gelezen - ondertussen heb ik ook 50.000 en 100.000 gehoord. Soit, het blijven sowieso abstrakte getallen, moeilijk voorstelbaar, maar concreet is iedereen het er blijkbaar over eens: het is een zwaar probleem. Daar als theatermaker met een muzikale komedie tegen aan gaan, je moet het maar doen. Theater in zijn pure essentie? Ik kijk er naar uit. Nog negen dagen.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten